Introductie
Zoals bij vele onderzoeken naar voorouders kom ik ook uit bij een Duitse afstamming.
Op zoek naar werk, dus economische motieven, trokken veel mensen naar Nederland.
Vergeleken met omliggende landen was de Republiek lange tijd veel welvarender en
was er grote behoefte aan arbeidskrachten met specialismen op velerlei gebied.
Zo kwamen er veel Duitsers vooral uit de grensgebieden zoals Nordrhein-Westfalen,
deze dienden bijvoorbeeld als huursoldaat in het Nederlandse leger.
Zij woonden in de garnizoensteden en velen trouwden met Nederlandse vrouwen.
Ook trokken veel Duitsers als seizoenarbeider (Tichelwerker of glasblazer) naar het Noorden van
Nederland (Groningen en Friesland), naar het Zuiden van Nederland om te werken in de Limburgse
kolenmijnen en naar het Westen van Nederland om te werken in de opkomende industrieën en natuurlijk
in de havens van bijvoorbeeld Amsterdam.
Onze stamvader Johan Alerd Lüdeking is circa 1657 geboren in Istrup, "Ortsteil" van Blomberg in
Lippe, Nordrhein-Westfalen, Duitsland.
Johan Alerd Lüdeking trouwt met Anna Magdalena Albert uit Höntrup en zij krijgen drie kinderen.
De derde zoon Johan Christophel Lüdeking is gedoopt op dinsdag 7 februari 1690 in Blomberg.
Johan Christophel Lüdeking trouwt op dinsdag 15 februari 1715 in Blomberg met Ann Catrin Hagedorn,
zij krijgen vier kinderen.
De vierde is onze volgend stamvader Johan Ernst Lüdeking, geboren op vrijdag 6 juli 1725 in Blomdal.
Op vrijdag 28 april 1752 trouwt hij, op 28 jarige leeftijd, in Amsterdam met Anna Catharina Soldenbeek
van Mulheim an der Rhoer, leeftijd 24 jaar.
Allebei woonden zij al in Amsterdam, Johan in de Blomstraat en Anna in de Spiegelstraat.
Johan Ernst en Anna krijgen vijf kinderen waaronder één zoon Ernst Hendrik, geboren in Amsterdam op zondag
29 maart 1761. Ernst Hendrik Lüdeking was van beroep kuiper en trouwt op vrijdag 17 oktober 1788 met
Haassie Elisabet Bloemhoff, hij wordt door zijn huwelijk Poorter van de stad Amsterdam.
Ernst Hendrik Lüdeking en Haassie Elisabet krijgen acht kinderen, de eerste Johanna (Jannetje)
geboren op zaterdag 2 januari 1790 is vroedvrouw en trouwt met Gerrit ter Braak notaris in Eibergen.
Het vierde kind Harremaanus Gerret Lüdeking, geboren op donderdag 25 februari 1796 te Amsterdam,
is onze stamvader en trouwt te Amsterdam op woensdag 31 mei 1820 met Cornelia Hendrika Onnosel,
zij krijgen zes kinderen. De laatste twee kinderen van Ernst Hendrik en Haasie Elisabet, Jan Hendrik,
geboren op woensdag 4 maart 1801 en Willem Ernst geboren op donderdag 17 juni 1802, worden na het
overlijden van hun vader (1808) en hun moeder(1815) respectievelijk 13 en 12 jaar opgenomen in het
Burgerweeshuis van Amsterdam, een voorrecht alleen voorbehouden aan Poorters van de stad Amsterdam.
Jan Hendrik is al vroeg overleden (27 jaar) en Willem Ernst was door de wees-heeren bestemd voor het
heelkundige vak. Willem Ernst Ludeking wordt Genees-, Heel- en Vroedmeester, hij trouwt te Edam
op 1 juli 1823 met Johanna van den Burgh en werkt in Middelie, Nieuwe Tonge en Hilversum, hij
vestigt zich uiteindelijk in Brielle.
Een uitgebreid verhaal over het leven van Willem Ernst Lüdeking en zijn zoon
Everhardus Wijnandus Adrianus Lüdeking is geplaatst op Wikipedia. Deze tak van Lüdeking eindigt
in mannelijke lijn op 10 november 1910 in Malang, Indonesië.
De stamlijn gaat verder met Willem Ernst Hendrik Lüdeking (Generatie VI) en kent daar voor
nauwelijks vertakkingen en deze, in mannelijke lijn, zijn allen geëindigd.
Volgende vertakkingen vinden pas plaats in de VIII generatie.
In de trouwakte van Johan Ernst Lüdeking is vermeld dat zijn ouders op het moment van trouwen reeds
waren overleden. Net als Johan Ernst trokken meerdere Duitsers waaronder ook meerdere Lüdeking’s
richting Nederland en Amsterdam. Ook bij deze Lüdeking’s staat in de trouwakte vermeld: “ouders dood”,
hierdoor is een relatie moeilijk aan te tonen.